Roadtrip to remember

De geschiedenisles wordt huiveringwekkend tastbaar voor onze kinderen wanneer we met onze camper halt houden in Auschwitz. Bekomen van de emoties doen we met prachtige wandeltochten en rustige raftingavonturen. Een roadtrip in Zuid-Polen? Om meer dan één reden onvergetelijk.

Dat de Tweede Wereldoorlog duurde van 1939 tot 1945, dat weten we allemaal. Dat Adolf Hiltler er ‘iets’ mee te maken had en hij een hekel had aan joden, tot daar zijn de meeste tieners ook nog wel mee. Welke gruwelen zich daadwerkelijk afspeelden, blijft toch moeilijk te vatten. ‘Laat deze plaats eeuwig een kreet van wanhoop zijn en een waarschuwing aan de mensheid.’ Of hoe een bezoek aan concentratiekamp Auschwitz-Birkenau hen zoveel meer leert dan een schoolboek ooit zou kunnen. 

Geschiedenis was mijn favoriete vak op school en de Tweede Wereldoorlog stond boven aan mijn lijstje van interessante thema’s. Op mijn zestiende had ik zowat alle lectuur die in de plaatselijke bib en boekhandels te vinden was, verslonden. Het onderwerp verdween wat uit mijn vizier, tot onze oudste zoon Senne dezelfde fascinatie bleek te koesteren. Boeken werden van onder het stof gehaald en series (her)bekeken. Nu extreemrechts een versnelling hoger schakelt en radicalisering en polarisatie hot topics zijn, is het allemaal beangstigend actueel. Wie zei er ook alweer dat de geschiedenis zich herhaalt?  

Next stop: de hoogste waterval van de Poolse Sudeten 

‘Auschwitz? Ligt dat in Polen? Ah, ik dacht dat dat in Duitsland lag.’ ‘Is dat niet kweetniehoever rijden?’ ‘Daar drinken ze graag wodka zeker?’. De algemene kennis over Polen blijkt nogal beperkt. Nochtans is het nog geen negenhonderd kilometer tot de Poolse grens in Görlitz, een steenworp in deze tijden. Overnachten doen we nog nét in Duitsland, door de lokroep van een stevige schnitzel. Wij weten immers ook niet wat we ons bij de Poolse keuken mogen voorstellen. Al is de gratis camperplaats met uitzicht op de Berzdorfer See ook wel te pruimen. Het blijkt niks vergeleken met de views van de dag erna. En route naar het Nationaal Park Karkonosze balanceren we op de grens met Tsjechië, een paar keer steken we die zelfs over: drie landen in één dag. Het grootste gedeelte van het Reuzengebergte ligt aan de Tsjechische kant, wij strijken neer in het Poolse skigebied Szklarska Poreba voor een beklimming van de berg Szrenica. Gelukkig hoeven we niet al te veel inspanning te leveren, een tweedelige kabelbaan brengt ons tot op enkele tientallen meters van de top. Afdalen lijkt een eitje. Langs een aangelegd pad sjezen we de berg af, althans tot het laatste enkelbrekende stuk vol uitstekende stenen. Ons doel is de Kamieńczyk-waterval, de hoogste waterval van de Poolse Sudeten. De kloof is enkel toegankelijk mits betaling. Later ontdekken we dat dat geldt voor zowat alles in Polen. Onder de indruk ben ik voornamelijk van de toestroom aan Poolse toeristen die hun best doen de spectaculairste selfie te maken.  

Next stop: Osówka 

‘Oooh, Eurodisney!’ roept Pippa verrukt uit. En inderdaad, het immense kasteel van Ksiaz (ook bekend als Schloss Fürstenstein) heeft wel wat weg van een roze prinsessenkasteel. Het ligt in een idyllisch park en de vierhonderd kamers zijn over the top gedecoreerd. Tot zover het sprookje. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het kasteel overgenomen door de nazi’s. Het maakte deel uit van Projekt Riese, een grootschalig en geheim bouwproject. Zó geheim, dat tot op de dag van vandaag niemand weet wat precies het doel ervan was. Onder het slot begint een ondergrondse wereld waar plaats zou zijn geweest voor zo’n twintigduizend bewoners. Meer over het ‘Project Reus’ ontdekken we bij de rondleiding in de ondergrondse stad Osówka, zo’n dertig kilometer verderop. Ook hier loopt een vochtig netwerk van tunnels onder de grond. Onafgewerkt, want het einde van de oorlog betekende ook het einde van de bouwwerken. Krijgsgevangenen uit de nabijgelegen kampen werkten er non-stop aan de graafwerken in het beenharde gneisgesteente. De meesten stierven door uitputting, ziekte en ondervoeding. Bunkerliefhebbers speculeren al jaren over het nut van het complex. Volgens sommige bronnen was het een schuilplaats voor de Führer, anderen houden het op ondergrondse - en dus veilig voor luchtaanvallen - ruimtes om wapenfabrieken te herbergen. Onze tieners zijn vooral gewonnen voor de legende over ‘de nazigoudtrein’ vol vermeend goud en kostbaarheden. Jarenlang werd er gezocht en gegraven, maar net als de andere goudzoekers komen ook wij met lege handen weer boven. 

Next stop: Auschwitz

De meeste arbeiders werden overgebracht uit Auschwitz, het beruchtste concentratiekamp van de nazi’s. ‘Arbeit macht frei’, de sadistische letters boven de toegangspoort steken schril af tegen de staalblauwe zomerlucht. Onze kinderen volgen Michal, onze Nederlandstalige (ok, met een Poolse twist) gids, door de poort waardoor iedere morgen duizenden gevangenen in de gestreepte kampkleding richting de werkkampen marcheerden. Ze worden er stil van en staken onmiddellijk hun eeuwige geplaag en gelach. Er gaat dreiging uit van de prikkeldraden en de wachttorens rondom, zelfs zoveel jaren na de bevrijding. De barakken zijn grotendeels bewaard gebleven en we krijgen een beeld van de verschrikkelijke leefomstandigheden. Het is er rustig nu, maar tijdens de oorlog leefden hier duizenden mensen opeengepakt als haringen in een ton. Eerst enkel Poolse vijanden van het regime: intellectuelen, politieke leiders en priesters. Een jaar later starten de Duitsers met de Endlösung der Judenfrage, ‘een definitieve oplossing voor de Joodse kwestie’. Alle Joden die in de door het Derde Rijk bezette landen woonden, moesten worden uitgeroeid. Ze werden gedeporteerd en pakten haastig hun kostbaarste bezittingen in, op weg naar een ander leven. De vitrines vol keukengerei, koffers met namen en adressen, kleren en kinderschoentjes zijn stille getuigen. Ze benemen me de adem. De gezichten van de slachtoffers zijn uitgestald op de muren. Mannen en vrouwen, jongens en meisjes, genummerd en kaalgeschoren. Ze kijken de bezoekers recht in het gezicht, met maar één boodschap: vergeet ons niet. Ook onze tien jaar oude dochter staart naar een foto aan de muur. Vier uitgemergelde wezentjes van ongeveer dezelfde leeftijd staren wezenloos terug. Ik slik en slik en slik. Bij de lange glaswand met tonnen mensenhaar rollen dan toch de tranen. De mensen aan wie de lokken toebehoorden, werden uitgewist alsof ze nooit hebben bestaan.  

Next stop: Auschwitz II-Birkenau 

Het duurde niet lang of Auschwitz werd te klein. Een gebied rond het dorpje Brzezinka werd geëvacueerd, de huizen gesloopt om in bouwmaterialen te voorzien. Vernietigingskamp Auschwitz II-Birkenau bood plaats aan meer dan 100.000 gevangenen, waaronder een apart vrouwenkamp met zo’n 40.000 vrouwen. De uitgestrektheid geeft me kippenvel, het lijkt wel of de dood hier, in deze leegte, nog aanweziger is dan in het andere kamp. Onder de verschroeiende zomerzon is het niet moeilijk om het je in te beelden: Birkenau was de hel op aarde. Door de doodspoort kwamen de gevangenen opeengepakt in beestenwagons aan op het oude perron. Daar, op de Judenrampe, volgde de selectie: de gaskamer of werken tot je erbij neerviel. Wat het ergste was, laat Michal in het midden. De leefomstandigheden waren erbarmelijk. De houten barakken werden geteisterd door het Poolse klimaat. Eten was schaars, de straffen buitensporig. Een van de ‘beste’ werkjes die je kon hebben volgens onze gids was het Scheisskommando: latrines leegscheppen met je handen of met je eetkom. Onze jongens kokhalzen bij de gedachte. ‘Echt hoor. Je bleef er droog en de SS’ers kwamen er nooit door de penetrante stank, je kon ook naar het toilet wanneer je moest. Een luxe die de anderen niet was gegund.’ Achteraan op het terrein liggen de restanten van de gaskamers en de crematoria. We staan stil bij het herdenkingsteken en lezen: ‘Laat deze plaats eeuwig een kreet van wanhoop zijn en een waarschuwing aan de mensheid. Hier hebben de nazi’s omstreeks anderhalf miljoen mannen, vrouwen en kinderen vermoord. Voornamelijk Joden uit verschillende Europese landen.’ Precies de reden waarom ik wilde dat onze kinderen dit onder ogen kregen, hoe moeilijk ook.  

Next stop: Krakau

Op minder dan twee uur rijden van het gruwelkamp staan we op het grootste middeleeuwse stadsplein in Europa. Krakau is charmant, pittoresk en bruisend, een heel andere wereld. Szymon gidst ons per fiets langs de belangrijkste bezienswaardigheden: de indrukwekkende Wawel-citadel met z’n vuurspuwende draak, de Mariakerk, de Lakenhallen en de stadhuistoren. In het ondergrondse museum vertelt hij honderduit over het ontstaan en de geschiedenis van de stad. De stad mag dan wel op de Unesco-werelderfgoedlijst staan van de mooiste historische plaatsen, het is ook een stad met een luguber verleden. We struinen door de joodse wijk Kazimierz, met op de gevels namen als Rubinstein en Babelstein en tal van koosjere eettentjes. Als je iets beter kijkt, zie je dat de wijk al lang niet meer zo Joods is. Toen de Duitsers in 1939 Polen binnenvielen, woonden er wel 60.000 in de stad, met Kazimierz als kloppend hart van de gemeenschap. Nu blijven er daar nog minder dan tweehonderd van over. Szymon neemt ons mee naar maart ’41. De Duitsers hadden Krakau tot hoofdstad van het bezette Polen gebombardeerd. Hans Frank, de gouverneur van het General Gouvernement, wilde de stad dan ook vrij van ‘Joods gespuis’. Krakau moest een Duitse stad worden, waar de Duitsers zich thuis zouden voelen. Straten en pleinen werden hernoemd en zoveel mogelijk joden werden de stad uitgejaagd. De overgebleven 15.000 werden bijeen gepropt in het getto. Een wijk waar voordien zo’n 3.000 mensen woonden, met 320 huizen en dertig straatjes. Piepklein. De muur errond lijkt op de Joodse grafstenen, een macaber nazigrapje. 

Bewoners mochten het getto niet uit, behalve als ze tewerk werden gesteld. Bijvoorbeeld in de nabijgelegen Deutsche Emaillewarenfabrik, de potten-en-pannenfabriek van Oskar Schindler. Szymon gidst ons door de interactieve tentoonstelling en vertelt ons hoe Schindler door zijn contacten bij de SS erin sloeg om 1.100 werknemers te behoeden voor deportatie. Hij behandelde zijn Joodse werknemers goed en toen de Russische geallieerde troepen Krakau naderden, evacueerde hij hen. Het werd hun redding. Maar het museum gaat over veel meer dan Schindler’s List, het bundelt verhalen van beulen en helden, de stad tijdens de oorlogsjaren en het verzet. We stappen in een teletijdmachine en worden terug geflitst naar een woonruimte in het getto, een kapsalon, een fotowinkel, een tramcoupé. Net als Auschwitz is het een plaats van herdenking. Eentje die onze tieners niet gauw zullen vergeten.  

Kamperen in Polen

Heel wat campings zijn eenvoudig ingericht met weinig voorzieningen voor camperaars. Zo moet je vaak zoeken naar een loospunt voor je grijswatertank of naar een plaats om het chemisch toilet te ledigen. 

Deze camperplaatsen en campings zijn aan te bevelen: 

Molo Resort 

Deze kraaknette camping ligt samen met het Molo-hotel op een viersterrendomein met o.a. een zwembad, spa, waterfietsen, een sporthal, bowlingbanen en pooltafels. Restaurants zijn er in overvloed en ’s ochtends schuif je gewoon aan bij het ontbijtbuffet. De ideale plaats om te ontspannen na je bezoek aan Auschwitz. 

N 49° 56' 43" - E 19° 16' 30” www.czasnamolo.pl 

Camping Adam 

Een rustige, groene camping met eenvoudig sanitair. De kinderen leven zich uit op het speel- of sportpleintje. Je fietst eenvoudig langs de oevers van de rivier in een kwartiertje naar het centrum van Krakau. Elk van de 20 kampeerplaatsen heeft stroom en watervoorziening. Lozen is door het moeilijk toegankelijke loospunt niet aangewezen.  

N 50°02'48.4" - E 19°54’11.4” www.campingadam.pl 

Bursaki Camper Park Krosno 

Deze nagelnieuwe camperplaats was de favoriet van onze kinderen. Ze beschikt dan ook niet alleen over alle voorzieningen, ze ligt ook vlak naast een reusachtig aquapark met glijbanen en andere waterpret en allerlei sportvoorzieningen zoals een tennisbaan, voetbalveld en basketbalplein. 

N 49° 41' 33" - E 21° 46' 55"  

Zin in groen avontuur?

Polen biedt naast een flinke brok geschiedenis en cultuur ook nog eens heel wat groen.  

  1. Nationaal Park Góry Stolowe: zandstenen die miljoenen jaren erosie hebben doorstaan en daardoor rotslabyrinten en allerlei bijzondere rotsformaties hebben gevormd. Spot jij net als wij de aap, het paard, de kip en de kameel? 

  1. Nationaal Park Bieszczady: grappige gids Karolina neemt ons mee op een wandeling in een van de laatste wildernissen van Europa. Karolina tekent wandelkaarten van de regio en is dus dé gids bij uitstek om je de mooiste plaatsjes van het nationale park te laten zien. In de uiterste zuidoosthoek van Polen grenzen de Bieszczady Mountains aan Oekraïne. Het gebied is een van de grootste en meest ongerepte natuurgebieden van Polen. Je zit hier in de bergen, dus smeer je benen maar goed in. 
    www.turkula.pl/hike/ 
     

  2. Raften op de rivier de San: ik ben een beetje terughoudend als ik het woord raften hoor, maar de tocht op de rustige rivier is gezapig. De grootste uitdaging is samenwerken bij het roeien, de stroming doet de rest. 
     www.zielonyponton.pl 

 

Gepubliceerd op donderdag, januari 21, 2021 door Kelly Mortelmans

Delen