Zo is je camper winterproof

De magie van de winter beleven in je camper? Het is meestal geen enkel probleem, maar vraagt wel wat voorbereiding en aanpassing onderweg. Met deze tips kan je winterproof op pad.

Prachtige witte landschappen met laagstaande zon op besneeuwde dorpen en bergtoppen... Bevroren bergbeken, watervallen en meren: de winter is mooi. En je kan er in alle rust van genieten, want de meeste kampeerders blijven dan immers thuis. Jammer, want in principe kan je elke camper ook in winterse omstandigheden gebruiken. Natuurlijk: het water aan boord verdient extra aandacht. En de gasvoorraad. Hoezo, niet warm genoeg? In de camper heb je dat zelf in de hand, want je kan je warm kleden en de kachel hoger instellen. Buiten is vooral het een kwestie van aanpassen aan de omstandigheden. Tegenwoordig valt dat moeilijk te voorspellen: wordt het een eerder zomerse winter of krijg je te maken met zware sneeuwvol en strenge vorst?

Stap 1: doe de complete wintercheck voor je vertrek

Accu, banden, water, gas, rubberen dichting, een extra winterpakket:  zo check je of je camper winterproof is voor je vertrekt.   

Check 1: Maak je camper winterklaar

Laat ruim voor vertrek een wintercheck voor je camper uitvoeren door een merkendealer. Je kan dan eventueel nog reparaties of aanpassingen uit laten voeren. Als starten al eens een probleem was of bij twijfel, kan je beter meteen maar de startaccu laten vervangen. Zelf kan je alvast de zomerse ruitensproeiervloeistof vervangen voor antivries-versie tot -15° Celsius. Neem daarvan voldoende voorraad mee, want antivries is langs de autoweg ’s winters tot wel vijf keer duurder.

Check 2: Winterbanden of kettingen nodig?

Winterbanden zijn in veel landen verplicht onder winterse omstandigheden, zeker in wintersportlanden. Die ‘winterse omstandigheden’ zijn besneeuwde of beijzelde rijstroken en/of de kans daarop. Echte winterbanden zijn dus aan te bevelen als je wel vaker ’s in de winter onderweg gaat. Je zit dan wel met twee sets banden. Een prima alternatief zijn vierseizoenenbanden: daarop kan je het hele jaar blijven rijden, maar op een besneeuwde of gladde ondergrond doen ze het iets minder goed dan echte winterbanden. Winterbanden en ook voor sneeuw bedoelde vierseizoenenbanden herken je aan het wettelijk verplichte sneeuwvloksymbool, het 3PMSF-symbool: een bergtop met sneeuwvlok. ’s Winters zijn banden met dat logo op de wang toegestaan als winterbanden verplicht zijn. Heb je oudere camperbanden met M&S-aanduiding? Die zijn tot oktober 2024 alleen toegestaan als ze stammen uit 2017 of eerder. Je kunt de productiedatum van een band aflezen aan de DOT-code op de wang van de band. M&S-type banden halen lang niet de grip-prestaties van banden die wel van dat sneeuwvlokteken zijn voorzien.

Wil je meer weten? Actuele info over winterbanden en de verplichting tot gebruik in Europese landen vind je op bandveilig.nl. 

Check 3: Water en verwarming ok? 

  • Controleer je verwarmingssysteem. Door bagage ingedrukte luchtverwarmingsbuizen belemmeren de verspreiding van kachelwarmte. Zet alle uitstroomopeningen open en zorg dat er niets op of over de diverse uitstroomgaatjes in de verwarmingsbuizen ligt.
  • Voor een storingsvrije gasinstallatie is ’s winters propaangas nodig, tenzij je kachel op diesel werkt. In Zuid-Europa aangeschafte of nagevulde gasflessen bevatten butaan, dat kan je onder winterse omstandigheden niet gebruiken, omdat het onder 4° Celsius niet meer in gas over gaat maar vloeibaar blijft.
  • Koelkastroosters moeten bij temperaturen onder 10° C afgedicht worden met winterdeksels. Je vindt die online, net als winterafdekking voor over de voorruit. Als je zo extra isoleert, voorkom je binnen een heleboel condens. 
  • Behandel rubber van deuren en ramen tegen vastvriezen. Dat kan met rubberstick, vaseline of siliconenspray.
  • Neem een föhn en een elektrische (nood)kacheltje mee.

Stap 2: veilig en warm onderweg

Met deze tips raak je veilig op je bestemming.

  • Leeg de watertank, leidingen en boiler onderweg en laat de verwarming altijd aan als er water in het systeem zit. Zet de kachel bij afwezigheid of ’s nachts niet te laag. Een klomp ijs in de watertank ontdooien duurt dagen. Bevroren leidingen kosten je enkele uren föhnen.
  • Opgewekte kachelwarmte moet zich tot alle ruimtes kunnen verspreiden, onder de banken en onder bedden. Gebruik onderweg ook zoveel mogelijk warmte van de automotor, zo bespaar je veel gas.
  • Als het stevig sneeuwt, zijn bekende wintersportgebieden niet altijd in één dag bereikbaar. Loop je ergens vast door de sneeuwval? Zoek dan een parkeerplaats en ga lekker bij de kachel zitten. Tijdens dat nachtelijk verblijf langs de weg bestaat de kans dat een sneeuwploeg (sneeuwschuiver) een rand compacte sneeuw langs de camper opwerpt. Dan is een stevige (kunststof) sneeuwschep onmisbaar.
  • Tank preventief, bijvoorbeeld als de tank halfleeg is. Zo heb je altijd voldoende brandstof om de motor te gebruiken om je camper bij nood warm te houden. Stationair draaiend verbruikt je motor ongeveer anderhalve liter brandstof per uur.
  • Zelfs op de minste helling is wegrijden met campers -  met meestal voorwielaandrijving – lastig zonder sneeuwkettingen. Winterbanden helpen, maar bij een erg gladde helling glijd je soms terug de helling af. Sneeuwkettingen plaats je daarom al onderaan de helling om de aangedreven wielen.
  • Hou afstand en anticipeer goed om zo weinig mogelijk te stoppen. Stop ook verder achter voorgangers en verder bij bermen, vangrail of sneeuwwallen vandaan, want tijdens remmen en optrekken kan de auto verschuiven op zoek naar grip.
  • Wintercampings bieden bij aankomst soms autowasservice. Ontdoe de camper zo snel mogelijk van strooizout.

Stap 3: winter op je standplaats

En dan ben je er... en kan je volop genieten van je winterse bestemming. Met deze slimme aanpassingen lukt dat probleemloos.

  • Kies bij voorkeur voor een plek met enkele uren zon. Dat scheelt veel qua verwarming, want in de schaduw blijft het soms de hele dag vriezen. Zet de deur uit de wind, een zijwand naar het zuiden. Plaats eventueel een speciaal wintertentje voor de deur.
  • Is de camper helemaal warm, dan kan je water bijvullen in de watertank.
  • Ventileer dagelijks minstens 20 minuten met ramen en de deur open. Ga je een paar uurtjes weg, zet dan even een paar kasten en kleppen open als daar condens is ontstaan. Zo kan je het condensvocht afvoeren.
  •  Gebruik je (hydraulische) steunen, trek ze dan dagelijks even op om vastvriezen in het smeltwater onder je camper te voorkomen.
  • Gebruik je afvalwatertank liever niet als die niet geïsoleerd en verwarmd is. Wat dan wel? Zet gewoon een emmer onder de geopende uitstroomopening.
  • Til de stroomkabel dagelijks even op uit de sneeuw.
  • Sluit gordijnen, rollo’s én/of horren van niet gebruikte ramen, maar maak die ramen en kozijnen wel elke dag even vrij van condens.
  • Afhankelijk van de isolatie en je stookgedrag voldoet 10 kilo propaangas tijdens dagen met strenge vorst voor drie tot vijf dagen. Vraag bij aankomst om een of twee extra gasflessen te brengen. Gebruik die om te verwarmen, zodat jouw gasflessen voor de terugweg gevuld blijven. Tegenwoordig vind je op luxe wintercampings ook een vaste gasaansluiting. Nog een extra tip: heb je een buitengasaansluiting, sluit daar dan de extra gasfles met drukregelaar op aan.

Checklist: wat moet er mee in je winterpakket?

  • Sneeuwkettingen zijn op veel bergpassen en sterk stijgende wegen verplicht en op besneeuwde hellingen soms zelfs onmisbaar. Koop een bij de bandenmaat passende set, huren kan soms ook. Oefen thuis alvast een keer het omleggen. Bij de sneeuwkettingen bewaar je een paar werkhandschoenen en een matje om op te knielen.
  • Met een lange ijskrabber bereik je ook de bovenkant van de voorruit.
  • Een sneeuwborstel, rubber vloertrekker (geeft geen krassen) of bezem op lange steel zijn nodig om het dak voor vertrek vrij te maken van sneeuw en ijs. Dat is in veel landen verplicht voor je de weg op mag.
  • Een sleepkabel - en eventueel startkabels - is handig ‘om anderen te helpen’.
  • Een zak split (kattenbakgrit) maakt wegrijden op gladde wegen makkelijker, ook in de file. Leg een zakje korrels binnen handbereik en strooi dat onder en voor de banden uit om op gang te komen.
  • Een spray met slotontdooier is ook handig. Leg die niet in de auto, maar koop zo een klein spuitbusje voor in je jaszak.
  • Het is ’s winters vroeg donker, dus een zaklantaarn kan best van pas komen.

Comfortabel warm... wat kost dat?

Ondanks de hogere gasprijzen kan verwarmen op elektra de kosten van gas tot wel zes keer overtreffen.

  • Wintercampings leveren stroom voor prijzen die kunnen oplopen tot een euro per kW/u. Reken maar uit voor een elektrische kachel van 3 kW: aan 90 eurocent kom je in 24 uur uit op 65 euro.
  • Heeft de camping een vaste gasaansluiting beschikbaar, dan valt de rekensom heel anders uit. Je betaalt een eenmalig bedrag voor de aansluiting, meestal max € 15. Daarna variëren de prijzen; per kubieke meter propaangas betaal je rond de 6 euro. 1 m3 propaangas staat gelijk aan 4 liter vloeibaar propaan. De Truma Combi 4 camperkachel gebruikt maximaal 335 gram propaan per uur. Is de camper al warm, dan is dat ongeveer de helft. Uitgaande van dat scenario kan je voor 6 euro tot 12 uur en voor 12 euro tot 24 uur verwarmen op propaangas.
Gepubliceerd op vrijdag, december 9, 2022 door Wim De Roos

Delen